Een kleine geschiedenis van het voorgestelde Europese ‘vegaburgerverbod’
De opkomende weerstand tegen duurzame eiwitten
Plantaardige alternatieven voor vlees en zuivel zijn in Europa al minstens een eeuw op de markt – en nog veel langer in andere delen van de wereld. Deze producten worden al zo lang als ze bestaan vermarkt met productnamen als ‘vegetarische worst’ en ‘veggieburger’, zonder dat dit tot problemen heeft geleid. Pas nu deze producten hun weg hebben gevonden naar de mainstream consument en hun marktinvloed laten gelden in heel de EU beginnen stakeholders uit de traditionele vleesindustrie te roepen om een wettelijk verbod op ‘vlezige namen’ voor de vegetarische producten, die zich al lang gevestigd hebben in de markt en het publieke bewustzijn.‘Vegetarische buizen’ kunnen een dure grap worden voor de voedingsindustrie
Het belangrijkste argument dat wordt aangedragen door de parlementariërs die deze regelgeving willen, is dat de huidige benaming consumenten in verwarring brengt. Deze stellingname wordt niet onderbouwd door bewijs, en gaat voorbij aan het feit dat begrippen als ´vegetarische worst´ en ´veggieburger´ deel zijn geworden van het algemeen taalbegrip en belangrijke informatie bevatten over welke smaak en toepassingen consumenten van deze producten kunnen verwachten, waarmee het aankoopproces voor de consument aanzienlijk wordt vergemakkelijkt. Het verbieden van deze termen zal hoge kosten met zich meebrengen voor de gehele voedingsindustrie, met substantiële gevolgen voor zowel fabrikanten, retailers als food-service bedrijven. Een aantal van de uitdagingen zijn onder meer:- Bestaande productnamen of zelfs bedrijfsnamen zullen aangepast moeten worden binnen het nieuwe wettelijke kader, wat naast kosten ook onzekerheden met zich meebrengt en potentieel kostbare rechtszaken die kunnen worden aangespannen voor merken die geacht worden de wetgeving verkeerd te hebben geïnterpreteerd.
- Marktonderzoek zal moeten plaatsvinden voor elk van de Europese markten, aangezien het onwaarschijnlijk is dat een algemeen passend alternatief naamgevingskader kan worden gevonden voor gebruik in alle verschillende EU-lidstaten.
- Rebranding zal nodig zijn om ervoor te zorgen dat producten consumenten kunnen blijven aantrekken en behouden, die gewend zijn aan de vroegere etikettering, branding en terminologie, die eenvoudig te begrijpen was.
- Campagnes zullen nodig zijn om ervoor te zorgen dat consumenten de één-op-één overeenkomst begrijpen van producten die niet langer hun traditionele namen mogen gebruiken.
Deze twee amendementen willen termen als ‘vegaburger’ en ‘alternatief voor yoghurt’ verbieden
Twee voorstellen zijn ingediend door de Commissie Landbouw en Plattelandsontwikkeling (AGRI) van het Europese Parlement als amendement op de Gemeenschappelijke Marktorganisatie, die beiden verstrekkende en langdurige gevolgen kunnen hebben voor stakeholders in de gehele voedingsindustrie:- Het eerste amendement (amendement 165) verbiedt plantaardige producten om namen te gebruiken die in het verleden doorgaans in verband werden gebracht met vlees, zoals ‘steak’, ‘worst’ en ‘burger’. Dit voorstel zou bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat veelgebruikte en algemeen begrepen aanduidingen als ‘veganistische burger’ of ‘vegetarische worst’ niet meer zijn toegestaan.
- Het tweede amendement (amendement 171) zou ook de al bestaande beperkingen op de naamgeving van plantaardige zuivelproducten uitbreiden. Hierdoor wordt het zelfs onmogelijk om enkel te verwijzen naar dierlijke zuivelproducten met beschrijvende termen als ‘yoghurtstijl’, ‘alternatief voor kaas’ of ‘botervervanger’. Hierdoor zal het voor consumenten veel lastiger worden om de eigenschappen van plantaardige zuivelproducten eenvoudig te herkennen.